
Planwet verkeer en vervoer
Artikel 9
1
Gedeputeerde staten kunnen de gemeenteraad de verplichting opleggen tot het vaststellen van een gemeentelijk verkeers- en vervoersplan indien de gemeenteraad onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders aantoonbaar nalatig is in de uitoefening van de hen in artikel 8 opgedragen taak. De verplichting wordt niet eerder opgelegd dat nadat tevoren met de gemeenteraad onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders overleg is gepleegd.
2
Het plan bevat in ieder geval:
a
de uitwerking van de essentiƫle onderdelen van het nationale verkeers- en vervoerplan en van het provinciale verkeers- en vervoerplan;
b
de afstemming met andere beleidsterreinen, zoals ruimtelijke ordening, economie en milieu;
c
de fasering, de prioriteitsstelling en een indicatie van de bekostiging;
d
de termijn waarvoor het plan geldt.
3
Bij het opleggen van de verplichting tot het vaststellen van een gemeentelijk verkeers- en vervoerplan stellen gedeputeerde staten de termijn vast waarbinnen het plan moet worden vastgesteld. Gedeputeerde staten kunnen hierbij tevens een aanwijzing geven als bedoeld in artikel 11, eerste lid.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.